Bedrog in de kerk: Niet iedereen die zich bekeert is oprecht.

De verborgen realiteit van valse berouw

In de gemeenschap van gelovigen bestaat er een pijnlijke waarheid die we niet graag onder ogen zien: niet iedereen die zegt zich te bekeren, meent het ook werkelijk. Het hart van de mens kan een beeld van nederigheid projecteren, terwijl het vanbinnen vol zit met slechtheid. Zoals Ecclesiasticus (Het boek Wijsheid van Jezus Sirach) 12:11 waarschuwt: "Al vernedert hij zich en kruipt hij, neem je toch goed in acht en wees op je hoede voor hem."

Dit is een realiteit waar veel kerkgemeenten mee te maken krijgen. Iemand kan voor de kerkgemeente staan en zeggen: "Vergeef me, ik beken mijn zonden, ik had ongelijk." Uiterlijk lijkt het oprecht, maar innerlijk zijn ze al bezig met het plannen van hun volgende zet. Ze kunnen zelfs openlijk preken over bekering en doop, maar achter de schermen spannen ze al samen tegen de kerkgemeente.

Het roest dat niet volledig is weggewist

De Bijbel gebruikt een krachtig beeld in Ecclesiasticus (Het boek Wijsheid van Jezus Sirach) 12:11: "Gij zult merken dat zijn roest niet geheel is weggewist." Roest verandert het uiterlijk van ijzer. Op dezelfde manier verandert slechtheid het uiterlijk van een broeder of zuster. Soms duurt het even voordat die slechtheid zich openbaart, maar God laat in Zijn goddelijke wijsheid de dingen gebeuren zodat het zich kan manifesteren.

De vijand die zoete woorden spreekt

Ecclesiasticus (Het boek Wijsheid van Jezus Sirach) 12:15 waarschuwt ons: "Een vijand spreekt zoet met zijn lippen." Dit omvat het citeren van de Bijbel, het getuigen, het zingen van liederen, en het geven van bemoedigende woorden. Al deze dingen zijn de uiterlijke vertoning, een maskerade voor het werkelijke doel en de echte agenda van die broeder, zuster, of vijand.

De Bijbel gaat verder: "Maar in zijn hart bedenkt hij hoe hij je in een kuil kan werpen." Deze woorden zijn helder en ondubbelzinnig. Als God vijanden heeft, zul jij die ook hebben. Dit is geen reden voor pessimisme, maar voor waakzaamheid.

Waar je je vijanden zult vinden

Een opmerkelijke en verontrustende waarheid is dat je veel van je vijanden juist in de kerk zult vinden. Ze zullen met je zingen, met je roepen, met je bidden, handen op je leggen, je dopen, over je bidden, en je zalven met olie. Maar in hun hart? Slechtheid.

Dit is geen cynisme, maar Bijbelse waarheid. Ecclesiasticus (Het boek Wijsheid van Jezus Sirach) 12:15 zegt: "Een vijand spreekt zoet met zijn lippen, maar in zijn hart bedenkt hij hoe hij je in een kuil kan werpen."

De tekenen van een valse bekeerling

Tranen zonder oprechtheid

"Hij zal wenen met zijn ogen," zegt de Bijbel. Hij zal daar zitten en huilen alsof hij overtuigd is van zijn zonden. "Bid alsjeblieft voor mij, de duivel had gewoon vat op mij gekregen." Maar het zijn de tranen van een vijand, niet van iemand met echt berouw.

De Bijbel geeft ons details omdat de Geest van God de bedoeling van het hart kent. God ziet door alle vleselijke camouflage heen. Dit is waarom we voorzichtig moeten zijn met wie we dichtbij laten komen. De enige bij wie je echt dichtbij wilt zijn, is de Hemel.

Het plan om te vernietigen

Ecclesiasticus (Het boek Wijsheid van Jezus Sirach) 12:15 vervolgt: "In zijn hart bedenkt hij hoe hij je in een kuil kan werpen." Om te kunnen bedenken hoe iemand in een kuil geworpen kan worden, moet er samengewerkt worden met anderen die hetzelfde over jou voelen. Dan wordt er iets tegen je gepland.

Een vijand wil niet dat mensen van je houden. Je vijand wil dat mensen over jou voelen zoals hij voelt. De manier om dat te bereiken? De naam van die zuster ruïneren, of de naam van die broeder vernietigen. Het vertrouwen dat mensen in die persoon hebben kapotmaken. Zelfs als er voor gelogen moet worden.

De motivatie van vijandschap

Onze vijanden zijn ambitieus en gemotiveerd. Zoals liefde een man en vrouw motiveert om te trouwen, zo motiveert haat een man en vrouw om het huwelijk te vernietigen. Liefde deed Jezus Christus sterven voor de kerkgemeente. Haat doet de duivel proberen de kerkgemeente te vernietigen.

De onverzadigbare honger van haat

Ecclesiasticus (Het boek Wijsheid van Jezus Sirach) 12:16 waarschuwt verder: "Als hij een gelegenheid vindt, zal hij niet tevreden zijn met bloed." Dit is zo duidelijk als maar kan zijn. Hij zal niet tevreden zijn met bloed. Als jou iets overkomt of je sterft, zal de vijand zich verheugen.

De Bijbel kan de aard van haat ontleden: "Als tegenspoed over je komt, zul je hem daar het eerst vinden" (Ecclesiasticus (Het boek Wijsheid van Jezus Sirach) 12:17). De Bijbel is geschreven voor onze leertijd. Zoals Paulus schrijft in Romeinen 15:4: "Want al wat te voren geschreven is, is tot onze lering geschreven, opdat wij, door lijdzaamheid en vertroosting der Schriften, hoop zouden hebben."

De Bijbel is onze röntgenmachine die de bedoelingen, het hart, de agenda, het doel, en de emoties van je vijand doorlicht.

Veelvoorkomende excuses en Bijbelse weerleggingen

"Maar we moeten iedereen vergeven en accepteren"

Dit is een veelgehoord excuus in kerkgemeenten. Natuurlijk moeten we vergeven, maar vergeven betekent niet naïef zijn. Jezus Christus zelf zei in Mattheüs 10:16: "Ziet, Ik zend u als schapen te midden van de wolven; wordt dan voorzichtig als de slangen en eenvoudig als de duiven."

Vergeven betekent niet dat we blindelings moeten vertrouwen. Ecclesiasticus (Het boek Wijsheid van Jezus Sirach) 12:9-10 zegt: "Vertrouw nooit je vijand, want zoals koper roest, zo is zijn slechtheid."

"We moeten liefde tonen aan iedereen"

Liefde tonen betekent niet grenzen loslaten. In Efeziërs 5:11 staat: "En hebt geen gemeenschap met de onvruchtbare werken der duisternis, maar bestraft ze veeleer."

Liefde is niet zwak of naïef. Echte liefde beschermt de kudde. In Handelingen 20:28-29 waarschuwt Paulus: "Weest dan waakzaam over uzelf en over de gehele kudde... Ik weet dat na mijn vertrek gruwelijke wolven bij u zullen binnenkomen, die de kudde niet sparen."

"Maar hij heeft zich gedoopt en spreekt in tongen"

Dit is misschien wel de gevaarlijkste aanname. Mattheüs 7:21-23 waarschuwt ons: "Niet een ieder, die tot Mij zegt: Here, Here! zal het Koninkrijk der hemelen binnengaan, maar wie de wil doet van Mijn Vader, Die in de hemelen is. Velen zullen te dien dage tot Mij zeggen: Here, Here, hebben wij niet in Uw naam geprofeteerd, en in Uw naam boze geesten uitgeworpen, en in Uw naam vele krachten gedaan? En dan zal Ik hun openlijk zeggen: Ik heb u nooit gekend; gaat weg van Mij, gij werkers der ongerechtigheid!"

Uiterlijke religieuze handelingen zijn geen garantie voor een oprecht hart. Judas liep met Jezus Christus mee, maar had een verborgen agenda.

"We moeten samen bouwen aan Gods werk"

Het boek Ezra hoofdstuk 4 geeft ons hier een krachtig voorbeeld van. In vers 1-2 lezen we: "Toen nu de wederpartijders van Juda en Benjamin hoorden, dat de kinderen der gevangenis den HEERE, den God Israëls, een tempel bouwden, kwamen zij aan tot Zerubbabel en tot de hoofden der vaderen, en zeiden tot hen: Laat ons met ulieden bouwen, want wij zullen uw God zoeken, gelijk gijlieden."

Maar wat zeiden de leiders? Vers 3: "Doch Zerubbabel, en Jesua, en de overige hoofden der vaderen van Israël zeiden tot hen: Het betaamt niet, dat gijlieden en wij onzen God een huis bouwen; maar wij alleen zullen het den HEERE, den God Israëls, bouwen."

Ze wisten dat als de vijand zich zou aansluiten, er chaos zou ontstaan. Soms moet je je vijand op zijn plaats zetten. Je hebt niets met ons te maken.

Illustraties om het te begrijpen

De illustratie van de maan

Ecclesiasticus (Het boek Wijsheid van Jezus Sirach) 27:11 zegt: "Het gesprek van een godvrezend mens is altijd met wijsheid, maar een dwaas verandert als de maan."

Een maan reflecteert de zon, het grotere licht. Maar wanneer je een halve maan ziet, krijgt een deel van die maan geen licht van de zon, terwijl het andere deel dat wel krijgt. Dat is wat je krijgt van een dwaas: niet alle duisternis, maar ook niet al licht.

De dwaas heeft misschien kennis van wat licht, dus hij zal je licht tonen. Hij zal je de wegen van God laten zien door te doen alsof. Dat gebruik je als camouflage, zodat je de duisternis niet ziet. Sommige mensen in de kerkgemeente zijn als een halve maan: half licht, half duisternis.

De illustratie van het roest

Roest verandert het uiterlijk van ijzer. Je kunt een stuk ijzer hebben dat er goed uitziet, maar als het roest niet volledig is weggewist, zal het weer tevoorschijn komen. Zo is het met slechtheid in het hart. Je kunt het een tijdje verbergen, maar uiteindelijk zal het zich manifesteren.

Als iemand zich bekeert maar het "roest" van hun slechtheid is niet volledig weggewist, zal het weer tevoorschijn komen. Daarom moeten we waakzaam blijven en niet onmiddellijk alles voor zoete koek aannemen.

De illustratie van het schudden van het hoofd

Ecclesiasticus (Het boek Wijsheid van Jezus Sirach) 12:18 beschrijft de vijand die zich voordoet als helper: "Hij zal zijn hoofd schudden en zijn handen klappen en veel fluisteren en zijn gelaat veranderen."

In veel gemeenten wordt dit gezien als "in de Geest komen", iemand die zijn hoofd schudt, zijn handen klapt, roept "Jezus! O Jezus!" Maar de Bijbel waarschuwt ons dat dit ook de acties kunnen zijn van een vijand die doet alsof. Het zijn uiterlijke vertoon zonder innerlijke oprechtheid. De Heilige Geest is er niet echt, het is slechts een vorm.

De gevaren van valse bekeerlingen in kerkgemeenten

Financieel misbruik

Een van de gevaarlijkste aspecten van valse bekeerlingen is hun verlangen naar materieel gewin. In 1 Timoteüs 6:10 staat: "Want de geldgierigheid is een wortel van alle kwaad, waarnaar sommigen gesmuld hebben en afgedwaald zijn van het geloof en zichzelf met vele smarten doorstoken hebben."

Judas had een verborgen agenda vanwege geld. Hij conspireerde al met hen over het geld, zelfs voordat hij aan tafel zat met Jezus Christus. Jezus Christus zei tegen hem: "Wat gij doet, doe het haastig" (Johannes 13:27).

Veel valse leraars door de hele wereld bedriegen mensen, beroven mensen, proberen van alles om aan hun geld te komen. Maar 2 Petrus 2:3 waarschuwt: "En uit geldgierigheid zullen zij u met gevleide woorden trachten te misbruiken; maar hun veroordeling, van ouds bewerkt, blijft niet ledig en hun verderf sluimert niet."

Destructie van de eenheid

Wanneer vijanden zich binnen de kerkgemeente bevinden, veroorzaken ze verdeeldheid. Spreuken 6:16-19 somt de dingen op die de HEERE haat: "Deze zes dingen haat de HEERE, ja, zeven zijn Zijn ziel een gruwel: hoge ogen, valse tong, handen, die onschuldig bloed vergieten, een hart, dat boze gedachten smeedt, voeten, die zich haasten om ten kwade te lopen, een vals getuige, die leugens blaast, en die tussen broeders twisten verwekt."

Merk op: het laatste, iemand die twisten tussen broeders verwekt, wordt door God gehaat. Valse bekeerlingen zijn experts in het creëren van verdeeldheid.

Ondermijning van het werk

Ezra 4:4-5 beschrijft hoe de vijanden het werk ondermijnden: "Toen maakten de volken des lands de handen van het volk van Juda slap, en verschrikten hen van te bouwen. En zij huurden tegen hen raadslieden, om hun raad te vernietigen, al de dagen van Kores, de koning van Perzië, tot aan het koninkrijk van Darius, den koning van Perzië."

In kerkgemeenten gebeurt hetzelfde. Mensen die beweren mee te willen bouwen, maar in werkelijkheid alles ondermijnen. Ze zorgen ervoor dat het werk moet worden afgebroken en opnieuw gedaan. Ze veroorzaken problemen waar oplossingen waren, chaos waar orde was.

Hoe ons te beschermen

Waakzaamheid

1 Petrus 5:8 waarschuwt: "Weest nuchter en waakzaam. Uw tegenpartij, de duivel, gaat rond als een briesende leeuw, zoekende wie hij zal verslinden."

We moeten waakzaam blijven, niet naïef. Het is geen gebrek aan liefde om voorzichtig te zijn; het is wijsheid.

Beoordeling door vruchten

Jezus Christus geeft ons een duidelijk criterium in Mattheüs 7:16-20: "Aan hun vruchten zult gij hen kennen. Leest men ook druiven van dorens of vijgen van distels? Zo brengt alle goede boom goede vruchten voort, maar de slechte boom brengt kwade vruchten voort. Een goede boom kan geen kwade vruchten voortbrengen, noch een slechte boom goede vruchten. Elke boom, die geen goede vrucht voortbrengt, wordt uitgehouwen en in het vuur geworpen. Zo zult gij hen dan aan hun vruchten kennen."

Niet aan hun woorden, niet aan hun tranen, niet aan hun uiterlijke vertoning, maar aan hun vruchten over tijd.

Afstand bewaren

De Bijbel moedigt ons aan om niet te snel intiem te worden met mensen. Spreuken 25:17 zegt: "Houd uw voet terug van het huis van uw naaste, opdat hij van u niet zat worde en u hate."

En Spreuken 20:19: "Wie als een achterklapper rondgaat, openbaart een geheim; begeef u dan niet met hem, die met zijn lippen verlokt."

Dit betekent niet dat we niet liefdevol zijn, maar dat we wijs zijn met onze intimiteit en ons vertrouwen.

Gebed en geestelijke onderscheiding

Jacobus 1:5 belooft: "Indien echter iemand van u in wijsheid tekort schiet, dat hij die van God bede, Die aan allen geeft, eenvoudiglijk en zonder verwijt; en zij zal hem gegeven worden."

We hebben Gods wijsheid nodig om te onderscheiden tussen oprechte en valse bekeerlingen. 1 Johannes 4:1 zegt: "Geliefden, gelooft niet alle geest, maar beproeft de geesten, of zij uit God zijn, want vele valse profeten zijn de wereld uitgegaan."

De karakteristieken van oprechte bekering

Om het contrast te begrijpen, moeten we ook weten hoe echte bekering eruitziet:

Aanhoudende verandering

Iemand die zich oprecht bekeert, zal blijvende verandering tonen. 2 Korintiërs 5:17: "Zo dan, indien iemand in Christus is, hij is een nieuwe schepping; het oude is voorbijgegaan, zie, het nieuwe is gekomen."

Het is niet een tijdelijke emotionele reactie, maar een fundamentele transformatie van het leven.

Gehoorzaamheid aan Gods Woord

Jezus zei in Johannes 14:15: "Indien gij Mij liefhebt, bewaart Mijn geboden."

Oprechte bekeerlingen tonen hun liefde voor God door gehoorzaamheid, niet alleen door woorden. 1 Johannes 2:3-4 versterkt dit: "En hieraan weten wij, dat wij Hem kennen, indien wij Zijn geboden bewaren. Wie zegt: Ik ken Hem, en Zijn geboden niet bewaart, is een leugenaar en in hem is de waarheid niet."

Nederigheid en verootmoediging

Oprechte bekering gaat gepaard met echte nederigheid. Jacobus 4:6 zegt: "Maar Hij geeft meerdere genade. Daarom zegt Hij: God wederstaat de hovaardigen, maar den nederigen geeft Hij genade."

Deze nederigheid is niet gemaakt of tijdelijk voor het publiek, maar een blijvende houding van het hart.

Verantwoordelijkheid en hersteldienst

Iemand die zich oprecht bekeert, neemt verantwoordelijkheid en zoekt herstel waar mogelijk. Lukas 19:8 toont dit in Zacheüs: "Zacheüs nu stond en zeide tot de Here: Zie, de helft van mijn goederen, Here, geef ik den armen, en indien ik iemand iets afgeperst heb, geef ik het vierdubbel terug."

De verantwoordelijkheid van leiders

Beschermen van de kudde

Leiders hebben een bijzondere verantwoordelijkheid. Handelingen 20:28 zegt: "Weest dan waakzaam over uzelf en over de gehele kudde, in dewelke u de Heilige Geest tot opzieners gesteld heeft, om de Gemeente Gods te weiden, die Hij verkregen heeft door Zijn eigen bloed."

Zerubbabel en Jesua toonden dit in Ezra 4:3 door de vijanden weg te sturen. Ze zeiden: "Jullie hebben niets met ons te maken." Soms moet een leider duidelijke grenzen stellen om de gemeente te beschermen.

Getrouw zonder compromis

In Efeziërs 4:14 schrijft Paulus: "opdat wij geen kinderen meer zijn, die heen en weder bewogen en medegesleept worden door elke wind van leer, door het bedrog der mensen, door arglistigheid tot listige misleiding."

Leiders mogen niet compromitteren met de waarheid, zelfs niet om de vrede te bewaren. Sommige mensen moeten uit de kerkgemeente worden gezet als ze volharden in hun slechte gedrag en verborgen agenda's.

Leren en waarschuwen

2 Timoteüs 4:2 gebiedt: "predik het woord, dring aan, gelegen of ongelegen, wederleg, bestraf, vermaan in alle lankmoedigheid en lering."

Leiders hebben de plicht om de kerkgemeente te onderwijzen en te waarschuwen voor de gevaren van valse bekeerlingen en vijanden binnen.

De realiteit in De Waarheid Gods

In onze eigen kerkgemeenschap hebben we deze realiteit ervaren. Wanneer God ons zegent met groei en nieuwe mogelijkheden, komen er altijd mensen die boos en kwaad worden. Niet omdat er iets verkeerds gebeurt, maar omdat het werk van God vooruitgaat.

Niemand wordt boos wanneer wereldse zaken floreren. Maar wanneer de waarheid van God iets wil doen, komen de beschuldigingen: "Het is een sekte," "Ze gaan met het geld vandoor," enzovoort.

De vijanden van Juda en Benjamin zeiden ook: "Laat ons met jullie bouwen, want wij zoeken jullie God zoals jullie dat doen" (Ezra 4:2). Maar het was een leugen. Je vijand zoekt God niet zoals jij dat doet. Als jij oprecht bent, zal je vijand niet oprecht zijn. Als jij eerlijk bent, zal je vijand het tegenovergestelde zijn. Als jij liefdevol bent, zal je vijand het tegenovergestelde zijn.

Praktische toepassingen

In het persoonlijke leven

1. Vertrouw niet onmiddellijk; Geef mensen tijd om hun vruchten te tonen voordat je hen volledig vertrouwt.

2. Let op inconsistenties; Als iemands woorden en daden niet overeenkomen, wees dan op je hoede.

3. Bewaar gezonde grenzen; Je hoeft niet met iedereen intiem bevriend te zijn in de kerkgemeente.

4. Bid voortdurend om geestelijke onderscheiding en vraag de Heer om wijsheid om het hart van mensen juist te verstaan.

In de kerkgemeente

1. Observeer gedrag over tijd; Eenmalige acties zeggen weinig; patronen zeggen veel.

2. Controleer motieven; Waarom wil iemand betrokken zijn? Voor zelfzuchtige redenen of om God te dienen?

3. Vereis verantwoordelijkheid; Mensen in leiderschapsposities moeten verantwoordelijk zijn voor hun acties.

4. Bescherm nieuwe gelovigen; Zij zijn het meest kwetsbaar voor manipulatie door valse bekeerlingen.

De balans tussen liefde en wijsheid

Het is belangrijk om te benadrukken dat deze waarschuwingen ons niet cynisch of liefdeloos moeten maken. Integendeel, ware liefde is wijs en beschermend.

1 Korintiërs 13:6-7 beschrijft liefde: "zij verblijdt zich niet over de ongerechtigheid, maar zij verblijdt zich met de waarheid; zij bedekt alle dingen, zij gelooft alle dingen, zij hoopt alle dingen, zij verdraagt alle dingen."

Liefde verblijdt zich niet over ongerechtigheid. Dat betekent dat ware liefde niet de ogen sluit voor slechtheid, maar deze confronteert met waarheid.

Tegelijkertijd zegt vers 7 dat liefde "alle dingen gelooft" en "alle dingen hoopt." Dit betekent niet naïef zijn, maar dat we mensen de kans geven en het beste van hen hopen, terwijl we tegelijkertijd wijs en voorzichtig blijven.

Gods ultieme oordeel

Uiteindelijk is het belangrijk om te beseffen dat God het laatste woord heeft. Wij hoeven niet de ultieme rechter te spelen, maar we moeten wel wijs en voorzichtig zijn.

Mattheüs 7:23 toont dat Jezus zelf zal zeggen tot sommigen: "Ik heb u nooit gekend; gaat weg van Mij, gij werkers der ongerechtigheid!"

Mensen kunnen anderen misleiden, maar zij kunnen God niet misleiden. Hebreeën 4:13 verzekert ons: "En er is geen schepsel onzichtbaar voor Hem, maar alle dingen zijn naakt en geopend voor de ogen van Hem, met Wie wij te doen hebben."

God ziet het hart. Hij kent de bedoelingen. Hij zal uiteindelijk oordelen. Onze taak is om wijs te zijn, waakzaam te blijven, en trouw te blijven aan Zijn Woord.

Conclusie: De oproep tot waakzaamheid

De Bijbel waarschuwt ons keer op keer: niet iedereen die zich bekeert is oprecht. Niet iedereen die zoete woorden spreekt, heeft een zuiver hart. Niet iedereen die zegt "Here, Here" zal het Koninkrijk binnengaan.

Het is niet bedoeld om angst of wantrouwen te wekken, maar om ons te leiden tot heilige wijsheid en onderscheidingsvermogen. We zijn geroepen om:

1. Waakzaam te zijn; "Weest nuchter en waakzaam" (1 Petrus 5:8)

2. Te beoordelen door vruchten; "Aan hun vruchten zult gij hen kennen" (Mattheüs 7:16)

3. Wijs te zijn als slangen; "Wordt dan voorzichtig als de slangen" (Mattheüs 10:16)

4. Oprecht te zijn als duiven; "en eenvoudig als de duiven" (Mattheüs 10:16)

5. De kerkgemeente te beschermen; "Weest dan waakzaam over uzelf en over de gehele kudde" (Handelingen 20:28)

Laten we niet naïef zijn, maar ook niet cynisch. Laten we liefdevol zijn, maar ook wijs. Laten we vergevend zijn, maar ook voorzichtig. En bovenal, laten we trouw blijven aan Gods Woord, want daarin vinden we de waarheid die ons vrijmaakt en beschermt.

De oproep is duidelijk: weest waakzaam, want niet iedereen die zegt zich te bekeren is werkelijk oprecht. Maar vrees niet, want God kent de harten, en Hij zal uiteindelijk oordelen. Onze taak is om trouw te blijven, wijs te zijn, en de waarheid van God te bewaren in onze kerkgemeenschap.