Waarom schiep God de mens?

Een vraag die door de eeuwen heen vele gelovigen heeft beziggehouden, is waarom God de mens schiep terwijl Hij wist dat de mens zou zondigen. Het lijkt op het eerste gezicht onlogisch: waarom zou je iets maken waarvan je weet dat het kapot zal gaan? Deze vraag verdient een grondig Bijbels antwoord.

De voorbestemming van Christus

Om deze vraag te beantwoorden, moeten we beginnen bij het verlossingsplan. In 1 Petrus 1:19-20 lezen we: "Maar met het kostbaar bloed van Christus, als van een lam zonder gebrek en zonder vlek; die wel te voren verordineerd is, eer de wereld gegrond werd, maar geopenbaard in de laatste tijden om uwentwil."

Dit vers onthult iets opmerkelijks: Christus was voorbestemd als offer voordat de wereld geschapen werd. Laten we even stilstaan bij deze waarheid. Als Jezus Christus van tevoren bestemd was om te komen als een offer voor de zonde, dan betekent dit dat de val van de mens ook onderdeel was van Gods plan.

Waarom zou er een offer nodig zijn als er geen zonde zou komen? Waarom zou God een Redder sturen als er niemand verloren zou gaan? De logica is helder: de komst van Christus als zondeoffer veronderstelt het bestaan van zonde.

Satan's rol in Gods plan

Dit brengt ons tot een nog dieper inzicht. Als Christus voorbestemd was om zonde weg te nemen, dan moest er iemand zijn om zonde te brengen. Satan, de tegenstander, was ook onderdeel van dit goddelijke plan. God schiep ook hem met een doel.

Denk hierover na: waarom zou je een geneesmiddel maken als er geen ziekte bestaat? Waarom zou je een bevrijder sturen als er geen gevangenschap is? De aanwezigheid van het kwaad maakt de goedheid van God des te glorieuzer. Door de duisternis kennen we het licht.

De mens: Een weerspiegeling van Gods heerlijkheid

Maar dit beantwoordt nog niet volledig waarom God de mens schiep. In Jesaja 43:7 geeft God zelf het antwoord: "Een ieder, die genoemd wordt naar Mijn Naam, en dien Ik geschapen heb tot Mijn eer, dien Ik geformeerd, ook dien Ik gemaakt heb."

God schiep de mens voor Zijn heerlijkheid. De mens is bedoeld om Gods karakter, beeld en wezen te weerspiegelen. Toen God zei: "Laat Ons mensen maken, naar Ons beeld, naar Onze gelijkenis" (Genesis 1:26), bedoelde Hij dat de mens iets van Zijn goddelijke natuur zou dragen.

De mens: Een weerspiegeling van hemel en aarde

Wanneer we naar de mens kijken, zien we een wonderbaarlijke weerspiegeling van zowel de hemel als de aarde. De schepping van de mens is zo kunstig dat elk detail overeenkomt met aspecten van Gods grotere schepping:

Het oog en de wateren: Het wit van het menselijk oog omringt de pupil zoals de wateren het land omringen op aarde. Waar je ook kijkt op een wereldkaart, het land wordt omringd door oceanen, zeeën en meren, precies zoals de iris wordt omringd door het oogwit.

De aderen en de rivieren: De aderen in ons lichaam zijn als de rivieren en beken die zich aftakken van grote wateren. Net zoals rivieren zich vertakken vanaf meren en oceanen om het land te voorzien van water, zo vertakken onze aderen zich door ons hele lichaam om elke cel te voorzien van bloed.

De beenderen en de rotsen: De beenderen in ons lichaam zijn als de rotsen en stenen van de aarde, zij vormen de stevige fundering waarop alles rust. Psalm 139:14-15 zegt: "Ik loof U, omdat ik op een heel bijzondere wijze wonderbaarlijk gemaakt ben... Mijn gebeente was voor U niet verholen, toen ik in het verborgene gemaakt werd."

De adem en de wind: De zuurstof in ons lichaam komt overeen met de lucht die over de aarde waait. In Genesis 2:7 staat: "En de HEERE God formeerde de mens uit het stof van de aardbodem, en blies in zijn neusgaten de adem des levens; zo werd de mens tot een levende ziel." Net zoals Gods adem de wateren van de aarde doet bewegen, zo zorgt de zuurstof ervoor dat ons bloed circuleert en ons leven in beweging blijft.

De mens is werkelijk wonderbaarlijk gemaakt, een kleine wereld op zichzelf, een microkosmos die de macrokosmos weerspiegelt.

Adam: Niet levend maar dood geschapen

Hier is een belangrijk detail dat vaak over het hoofd wordt gezien: de eerste mens die God maakte was eigenlijk niet levend. Genesis 2:7 zegt dat God de mens vormde uit het stof der aarde, en dat hij "werd tot een levende ziel" nadat God in hem blies. Voor die ademtocht was Adam dood.

Dit is symbolisch voor de geboorte van elk kind. Een kind komt uit de baarmoeder van zijn moeder, de aarde, en wordt geboren in zonde. Psalm 51:7 verklaart dit: "Zie, ik ben in ongerechtigheid geboren, en in zonde heeft mijn moeder mij ontvangen." Elk mens komt dood ter wereld, spiritueel gesproken, totdat Gods Geest leven brengt.

De noodzaak van de val

Veel mensen vragen: "Waarom liet God de zondeval toe?" Maar de waarheid is dat zonder de val, wij er niet zouden zijn. Overweeg dit zorgvuldig:

Voor de zondeval had Adam geen verlangen naar zijn vrouw op een voortplantingswijze. Pas nadat zijn ogen geopend waren, na de zonde, begon de voortplanting. Genesis 4:1 vertelt ons: "En Adam bekende zijn vrouw Eva, en zij werd zwanger." Dit gebeurde na de zondeval.

Zonder zonde: geen kinderen. Zonder kinderen: geen mensheid. Zonder mensheid: geen jij en ik.

Vervolgens lezen we over de nakomelingen: Kaïn en Abel werden geboren. Kaïn doodde Abel. Seth kwam. Seth verwekte Enos, Enos verwekte Kenan, Kenan verwekte Mahalalel, Mahalalel verwekte Jered, Jered verwekte Henoch, Henoch verwekte Methusalach, Methusalach verwekte Lamech, Lamech verwekte Noach (Genesis 5).

In de dagen van Noach vernietigde God de hele aarde met een zondvloed. Noach had drie zonen: Cham, Sem en Jafeth. Na de vloed verspreidde God hen over de aarde, de een ging richting Afrika, de ander richting Arabië, en weer een ander richting Europa. Zo werd de aarde opnieuw bevolkt (Genesis 9-10).

Zonder zonde, geen verlossing

Denk eens na over wat er niet zou zijn gebeurd als de mens niet was gevallen:

• Jezus Christus zou niet op aarde zijn gekomen. Johannes 3:16-17 zegt: "Want alzo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat een ieder die in Hem gelooft, niet verloren gaat, maar eeuwig leven heeft. Want God heeft Zijn Zoon niet in de wereld gezonden opdat Hij de wereld zou veroordelen, maar opdat de wereld door Hem behouden zou worden."

  
  

• De kerk zou niet zijn ontstaan. In Efeziërs 1:4 staat: "zoals Hij ons in Hem uitverkoren heeft vóór de grondlegging van de wereld, opdat wij heilig en onberispelijk zouden zijn voor Hem in de liefde."

  
  

• De apostelen zouden niet hebben gepredikt. Hun hele boodschap ging over verlossing van zonde (Handelingen 2:38).

  
  

• De profeten zouden niet hebben geprofeteerd. Hun belangrijkste taak was het volk terug te roepen tot God en de komst van de Messias aan te kondigen (Jesaja 53).

Het hele doel van het zenden van dienaren van God is om een volk te bevrijden uit gevangenschap. Zonder mislukking in de wereld is er geen gevangenschap om van bevrijd te worden. Zonder duisternis is er geen behoefte aan licht. Zonder ziekte is er geen waarde in genezing.

Veelgehoorde bezwaren weerlegd

Bezwaar: "God kan geen zonde willen, want Hij is heilig"

Antwoord: Dit is waar, maar het mist de nuance van Gods soevereiniteit. God haat de zonde, maar Hij gebruikte de mogelijkheid ervan om Zijn liefde, genade en heerlijkheid te openbaren. Romeinen 9:22-23 zegt: "Wat nu, indien God, willende Zijn toorn bewijzen en Zijn macht bekend maken, met veel lankmoedigheid verdragen heeft de vaten des toorns, die tot het verderf toebereid zijn, en opdat Hij de rijkdom van Zijn heerlijkheid bekend zou maken over de vaten der barmhartigheid, die Hij tevoren tot heerlijkheid bereid heeft?"

God toonde Zijn heerlijkheid juist door de verlossing van gevallen zondaars. Zonder zonde zou deze heerlijkheid nooit zo volledig zijn geopenbaard.

Bezwaar: "Dit maakt God tot de auteur van de zonde"

Antwoord: Nee, dit maakt God tot de Architect van een plan waarin zelfs de zonde dienstbaar is aan Zijn hogere doel. Jakobus 1:13 is duidelijk: "Laat niemand, als hij verzocht wordt, zeggen: Ik word door God verzocht. Want God kan niet verzocht worden tot het kwade en Hij Zelf verzoekt niemand."

God verleidt niemand tot zonde, maar Hij gebruikte wel de vrije wil van Zijn schepselen, engelen en mensen binnen Zijn soevereine plan. Het is zoals Jozef zei tegen zijn broers die hem verkocht hadden: "Gij wel hebt kwaad tegen mij gedacht; God echter heeft dat ten goede gedacht" (Genesis 50:20).

Bezwaar: "Waarom zou God een televisie kopen waarvan Hij weet dat hij kapot gaat?"

Antwoord: Deze vergelijking gaat mank. Een televisie die kapot gaat heeft geen doel meer. Maar een mens die valt en weer opstaat, toont Gods herscheppende kracht. We zijn niet wegwerpproducten, we zijn geliefde schepselen die door verlossing nog kostbaarder worden.

Denk aan een kunstenaar die een meesterwerk maakt, het kapot laat gaan, en het vervolgens op een nog mooiere manier herstelt met gouden naden (zoals het Japanse Kintsugi). Het herstelde werk is waardevoller dan het origineel omdat het de vaardigheid én de liefde van de kunstenaar toont.

2 Korinthe 5:17 zegt: "Daarom, indien iemand in Christus is, dan is hij een nieuwe schepping; het oude is voorbijgegaan, zie, het nieuwe is gekomen."

Bezwaar: "Dit klinkt als manipulatie"

Antwoord: Het is geen manipulatie, maar een goddelijke strategie vol liefde. Efeziërs 1:9-10 spreekt over "het geheimenis van Zijn wil, naar het welbehagen dat Hij Zich voorgenomen heeft in Zichzelf, om in de bedeling van de volheid der tijden alles onder één hoofd samen te vatten in Christus."

God had een plan, niet om ons te manipuleren, maar om Zijn oneindige liefde te demonstreren. Johannes 15:13 zegt: "Niemand heeft grotere liefde dan deze, dat iemand zijn leven geeft voor zijn vrienden." God gaf Zijn eigen Zoon. Dat is geen manipulatie, dat is het toppunt van opoffering.

Gods vreemde wegen

Jesaja 55:8-9 verklaart: "Want Mijn gedachten zijn niet uw gedachten en uw wegen zijn niet Mijn wegen, spreekt de HEERE. Want zoals de hemel hoger is dan de aarde, zo zijn Mijn wegen hoger dan uw wegen en Mijn gedachten dan uw gedachten."

De wegen van de Heer zijn vreemd, vreemd voor ons beperkte menselijke verstand. God kent het einde van iets voordat het begint. Hij ziet het grote plaatje waar wij slechts één klein stukje van zien.

Het hele plan, de schepping, de val, de verlossing, was een goddelijke strategie om onze aandacht te krijgen. Om ons een reden te geven om tot Hem te komen. Om Zijn liefde, genade, gerechtigheid, en heerlijkheid volledig te openbaren.

De val als weg naar verheffing

Hier is de paradox (tegenstelling): God liet de mens vallen opdat de mens kon opstaan.

Zonder de diepte van de val, zouden we nooit de hoogte van Gods genade kennen. Zonder verloren te zijn geweest, zouden we de vreugde van gevonden worden nooit ervaren. Zonder dood te zijn geweest, zouden we de kracht van opstanding niet begrijpen.

Romeinen 5:20 vat het perfect samen: "Waar echter de zonde toenam, nam de genade veel meer toe." De zonde werd groter, maar Gods genade werd nog veel groter.

Het is alsof iemand eerst moet verdwalen in een donker bos om de waarde van een gids te begrijpen. Of alsof iemand eerst ziek moet worden om de waarde van een arts te kennen. De ervaring van de nood maakt de verlossing des te kostbaarder.

Een persoonlijk perspectief

Misschien vraag je je nu af: "Maar wat betekent dit voor mij?" Het betekent dat jouw bestaan geen toeval is. Jouw leven, met al zijn fouten en tekortkomingen, heeft een doel.

Je bent niet hier omdat God een fout maakte. Je bent hier omdat God een plan heeft. Een plan om Zijn heerlijkheid in jou te openbaren. Een plan om je te transformeren van een zondaar tot een heilige. Een plan om je te veranderen van iemand die dood was in overtredingen tot iemand die levend is in Christus.

Efeziërs 2:4-5 zegt het zo mooi: "Maar God, Die rijkdom is aan barmhartigheid, heeft ons door Zijn grote liefde waarmee Hij ons liefgehad heeft, ook toen wij dood waren door de overtredingen, levend gemaakt met Christus. Uit genade bent u behouden."

De illustratie van de tweede Adam

Toen God Zelf in het vlees verscheen, nam Hij de titel aan van de eerste mens: Adam. Daarom noemt de Bijbel Jezus "de laatste Adam" of "de tweede Adam" (1 Korinthe 15:45-47).

De eerste Adam kwam uit de aarde, niet levend, maar dood. Hij werd pas levend toen God in hem ademde. De tweede Adam, Jezus Christus, kwam om het leven terug te brengen dat de eerste Adam verloor.

Waar de eerste Adam faalde, slaagde de tweede Adam. Waar de eerste Adam ons de dood bracht, bracht de tweede Adam ons het leven. Romeinen 5:19 verklaart: "Want zoals door de ongehoorzaamheid van de ene mens velen tot zondaars zijn gemaakt, zo zullen ook door de gehoorzaamheid van de Ene velen tot rechtvaardigen worden gemaakt."

Het grotere plaatje

Als we het hele verhaal overzien, van schepping tot val, van wet tot genade, van zonde tot verlossing, zien we een prachtig patroon:

1. God schept de mens naar Zijn beeld (Genesis 1:27)

2. De mens valt door ongehoorzaamheid (Genesis 3)

3. God belooft een Verlosser (Genesis 3:15)

4. De wet komt om de zonde te openbaren (Romeinen 3:20)

5. Christus komt om de wet te vervullen (Mattheüs 5:17)

6. Door geloof worden we gerechtvaardigd (Romeinen 5:1)

7. We worden nieuwe schepselen in Christus (2 Korinthe 5:17)

8. Uiteindelijk zullen we volkomen zijn bij Zijn wederkomst (1 Johannes 3:2)

Dit hele proces had niet kunnen plaatsvinden zonder de val. Elk hoofdstuk van dit verhaal demonstreert een ander aspect van Gods karakter: Zijn creativiteit, Zijn gerechtigheid, Zijn geduld, Zijn liefde, Zijn trouw, Zijn genade, en Zijn heerlijkheid.

Praktische toepassing

Wat betekent dit voor ons dagelijks leven als gelovigen?

Ten eerste, het geeft ons perspectief op onze problemen. Als God zelfs de grootste mislukking van de mensheid, de zondeval, kon gebruiken voor Zijn heerlijkheid, dan kan Hij ook jouw fouten gebruiken. Romeinen 8:28 belooft: "En wij weten dat voor hen die God liefhebben, alle dingen meewerken ten goede."

Ten tweede, het verdiept onze dankbaarheid. We zijn niet gered omdat we het verdienden, maar ondanks het feit dat we het niet verdienden. Titus 3:5 zegt: "niet op grond van werken in rechtvaardigheid, die wij gedaan hebben, maar naar Zijn barmhartigheid heeft Hij ons behouden."

Ten derde, het geeft ons hoop. Als God een plan had vóór de grondlegging van de wereld, dan is niets in jouw leven buiten Zijn controle. Jeremia 29:11 verzekert ons: "Want Ík weet welke gedachten Ik over u denk, spreekt de HEERE, gedachten van vrede en niet van kwaad, om u een hoopvolle toekomst te geven."

De oproep tot berouw

Als het Gods plan was om de mens te laten vallen zodat de mens kon opstaan, dan is de vraag: ben jij al opgestaan?

Handelingen 17:30 zegt: "God dan heeft de tijden van deze onwetendheid overzien, maar beveelt nu de mensen dat zij zich allen overal bekeren."

De hele reden dat God dit plan opzette, de schepping, de val, de verlossing, was om jou een weg terug naar Hem te geven. Hij wil dat je terugkeert. Hij wil je herstellen. Hij wil Zijn heerlijkheid in jou openbaren.

Conclusie

Waarom schiep God de mens? Om Zijn heerlijkheid te weerspiegelen. Waarom liet Hij de mens vallen? Om te demonstreren dat Zijn genade groter is dan onze zonde. Waarom stuurde Hij Zijn Zoon? Om te bewijzen dat Zijn liefde sterker is dan de dood.

Het hele verhaal, van het begin tot het einde, is één grote ontvouwing van Gods karakter. En het mooiste is: jij bent onderdeel van dat verhaal. Niet als een toevallige figurant, maar als een geliefd kind voor wie de hele voorstelling werd opgevoerd.

Zoals geschreven staat in Efeziërs 2:10: "Want wij zijn Zijn maaksel, geschapen in Christus Jezus tot goede werken, die God voorbereid heeft, opdat wij daarin zouden wandelen."

God maakte de oude Adam opzettelijk, wetende wat er zou gebeuren, omdat Hij een groter plan had. Een plan om uit zondaars heiligen te maken. Een plan om uit dood leven te brengen. Een plan om voor eeuwig met ons samen te zijn in een herstelde schepping waar geen zonde, geen dood, en geen tranen meer zullen zijn (Openbaring 21:4).

Dat is waarom God de mens schiep. Niet als een vergissing, maar als een meesterwerk van genade.

Moge deze waarheid je hart vullen met dankbaarheid, je geest met verwondering, en je leven met doel. Want je bent gewild, je bent geliefd, en je bent geschapen voor Gods heerlijkheid.